Daarmee heeft hij zich, volgens de bouwmarkt die bekendheid heeft verworven door bovenstaande oerkreet en een fervent klusser die in de commercial uit onverwachte hoek, als hij de aangeprezen prijzen staat te bekritiseren, een klap in zijn bek krijgt, eeuwige roem verworven.

Ja, er wordt wat afgeklust en afgeknoeid in dit land. Kijk naar ‘Help, mijn man is klusser’ en je weet genoeg. Er lopen velen rond die lijden aan zelfoverschatting en menen dat zij fantastische klussers zijn. De bouwmarkten doen je ook geloven dat klussen een zaak is van appeltje-eitje. Mijn vader was ook zo’n klusser. Niet onverdienstelijk, gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen, maar er ging nog wel eens wat mis. Maar niet getreurd, voor dezelfde appel en het ei had je bij de bouwmarkt de spullen om het (zelf) dan maar opnieuw te proberen.

Maar al te vaak blijkt dat goedkoop duurkoop wordt en het wellicht toch beter was er een vakman bij te halen. Het was ooit de legendarische Leen Jongewaard die zong: “Waar vind je tegenwoordig nog een goede timmerman die wat zijn ogen zien met zijn handen maken kan”. Nou dat is zoeken naar een speld in een hooiberg. De volgende zin in het lied luidt dan ook: “de hele samenleving wordt er zenuwachtig van”.

Ook in de juridische wereld wordt wat afgeklust. Ik vind persoonlijk dat als de client zelf dingen kan regelen, hij/zij dat vooral moet doen, want het is waarschijnlijk goedkoper dan wanneer ik het doe. Maar als je het doet, doe het dan goed. Maar ook ik kom de zelfoverschatting tegen, en wel te vaak.

Zo verkocht een mevrouw jaren geleden een huis aan een kind. Normaal zou je denken: boter bij de vis. Maar moeder en zoon hadden afgesproken dat zoonlief niet direct de koopsom ad. € 300.000 hoefde te betalen. Met andere woorden: in de akte hadden ze keurig laten opnemen dat de koopsom schuldig zou worden gebleven. De notaris had in zijn bescheidenheid (ja ze bestaan!) nog voorgesteld het één en ander vast te leggen, maar uit de onuitputtelijke bron die internet heet, hadden ze begrepen dat ze dat ook zelf wel konden doen.

Je voelt hem al aankomen. Van het voornemen om het vast te leggen was spreekwoordelijk geen ruk terecht gekomen. Na tien jaar overleed moeder terwijl de zoon een jaar daarvoor was overleden. Het andere kind van moeder eiste bij haar overlijden bij de kinderen van de overleden broer het bedrag van € 300.000 op, want hij had in ieder geval recht op de helft.

Ze vochten elkaar inmiddels de tent uit en de rechter moest er aan te pas komen. Omdat partijen geen duidelijke afspraken hadden gemaakt was na vijf jaar de vordering verjaard en dus hoefden de kleinkinderen de € 300.000 niet terug te betalen. De uitspraak kwam voor de andere zoon hard aan, inderdaad als klap in zíjn gezicht.

Heb je ooit geld aan een kind ‘geleend’? Dan zou ik er toch nog maar eens naar kijken hoe het is vastgelegd. De zoon vierde dat jaar een eenzame kerst, in ieder geval zonder de kinderen van zijn overleden broer. Desalniettemin wens ik je wel een fijn, en bovenal gezamenlijk kerstfeest toe.

Kama-jaja-jippie-jippie-jee